Verhaal

De Canadezen in aantocht

Nederland

Markeren

Deel

Route

Door de situatie in het zuiden moest de opmars en de bevrijding van Noord-Nederland op zich laten wachten toen de brug bij Arnhem in september 1944 een brug te ver bleek te zijn. Een deel van de oplossing werd gevonden in de Operatie Veritable die begon op 8 februari 1945 en de Operatie Plunder van 23 maart 1945. Daarna was feitelijk voor de bevrijding van Noord-Nederland de weg vrij….

Op 6 april waren de eerste verkenners al op weg naar het noorden. Verkenners onder leiding van de Kapitein Victor Combes Stilwell hadden de noordrand van Meppel al verkend. Commandant Stilwell was in contact gekomen met verzetsstrijder Jan Poortman uit Meppel die hij vroeg om nog geen vlaggen uit te hangen omdat de Duitsers nog niet waren verdreven en omdat diezelfde avond de Verkenners terug moesten naar hun nachtlocatie in Lutten (Overijssel).  

De dag erop keerden de Canadezen terug voor een verkenning van Meppel om een doorgang richting Friesland te vinden. Een andere Canadese eenheid wist diezelfde dag tot in de Wijk te komen, op de grens van Overijssel en Drenthe. Om de Duitse bezetter in verwarring te brengen en de bruggen in Drenthe veilig te stellen werden in de nacht van 7 op 8 april 700 Franse parachutisten in Drenthe gedropt.  

Een aantal Fransen landde in de bossen bij Staphorst. Het lukte hen op zondag 8 april om contact te krijgen met Canadese verkenners van het gepantserde regiment Manitoba Dragoons. In de dagen erna werd er samen met het verzet alles aan gedaan om de weg vrij te maken voor de oprukkende geallieerde legermacht. 

Door het stugge verweer van de Duitse bezetter duurde het nog tot 13 april voor Meppel vanuit de richting Staphorst en vanuit het oosten door verschillende eenheden werd bevrijd. Bevrijding is een groot woord want de vijand had zich inmiddels verder teruggetrokken waardoor vele Canadese troepen ongehinderd door Meppel konden rijden op weg naar Friesland.