Verhaal

Neergestort na één salvo

Nederland

Markeren

Deel

Route

In 1941 stortte in 1e Exloërmond een Vickers Wellington bommenwerper neer.

In de nacht van 3 op 4 juli 1941 namen zeven toestellen en bemanningen van het Poolse 301 Squadron deel aan een aanval op doelen in Bremen. Vickers Wellington R1492 vertrok met een zeskoppige bemanning om 22.53 uur van de vliegbasis Syerston. De 44-jarige Group Captain Boleslaw Feliks Stachoń was de bijzondere copiloot van het toestel. In de Eerste Wereldoorlog en de kort daarop volgende Poolse-Oekraïense en Pools-Bolsjewistische oorlogen diende hij in het Poolse landmacht.  In de jaren 20 leerde hij vliegen en er volgden functies in dat domein. Bij het uitbreken van de Tweede Wereldoorlog commandeerde hij de luchtverdediging en luchtcomponent van het Pommerse leger van de Poolse strijdkrachten. Hij week via Roemenië en Frankrijk naar Engeland uit, waar hij diverse functies vervulde en in juli 1941 zowel het Poolse 300 als 301 Squadron commandeerde.  

Aanwijzingen vanuit een radarstelling leidde de Duitse Messerschmitt Bf 110 nachtjager, gevlogen door de ervaren Oberleutnant Helmut Lent, door de donkere nacht naar de Wellington. Rond 00.30 uur kreeg hij het toestel in het vizier en slaagde erin om met één salvo de linkervleugel in brand te schieten. Hoogstwaarschijnlijk werd ook Stachońdoor dit salvo geraakt. De vijf andere bemanningsleden slaagden erin om uit het aangeschoten toestel te komen en daalden aan hun parachutes en landden bij Vlagtwedde en 2e Exloërmond.  

Flying Officer WacławButkiewicz, Flying Officer Julian Stefan Palka, Sergeant Antoni Kazimierz Dydo, SergeantZbigniew Idzikowski en sergeant Zdzisław Dzięgiel werden direct krijgsgevangen gemaakt.   

De Wellington stortte brandend in 1e Exloërmond neer. Uit het wrak werd het lichaam van Stachoń geborgen en vervolgens in 2e Exloërmond begraven. In 1962 werd hij herbegraven op het Poolse militaire ereveld in Breda. De steen die zijn graf had bedekt is nu als monument achtergebleven in het voormalige lijkenhuisje op de begraafplaats.  

De overige vijf bemanningsleden overleefden bijna vier jaar in Duitse krijgsgevangenschap en keerden in 1945 naar Engeland terug, waar zij bleven en hun levens opbouwden. Geen van hen keerde terug naar hun vaderland, waar de communisten aan de macht waren.