De 4de Pantserdivisie verliet Pont Rémy in Noord-Frankrijk op 6 september 1944 en bereikte Saint-Omer, dat meer naar het noorden richting de Frans-Belgische grens lag. De afstand was ongeveer 100 km rijden in één dag. Ze werden gevolgd door de 1ste Poolse Pantserdivisie.

Een rapport van de Canadese Manitoba Dragoons op 8 september vermeldde dat de kust tot Brugge vrij was. De opmars naar Brugge werd echter gestopt omdat alle bruggen over het kanaal Brugge-Gent door de Duitse troepen waren opgeblazen.

De Argyll & Sutherland Highlanders van Canada kregen het bevel om het kanaal per boot over te steken om een bolwerk op te zetten, gedekt door de B &C eskaders van het South Alberta Regiment (SARS). De Duitse weerstand was hevig, dus moesten de Canadese Lincoln en Welland Regiment helpen om het bolwerk te behouden.

Tijdens de nacht bouwden de Genieofficieren een Baileybrug zodat de SARS met hun tanks het kanaal konden oversteken. De strijd duurde tot 12 september. Op dat moment vluchtten de Duitse troepen in de richting van het Leopoldkanaal, maar de kosten in mensenlevens waren erg hoog.

Het monument hier vandaag herinnert aan deze gevechten. Het monument hier vandaag herinnert aan deze gevechten. De plaquette schrijft:

Het South Alberta REgiment (SAT), 29th Cdn Arm'd Recce Reg't onderdeel van 10th Cdn Inf BDE en 4th Cdn Arm'd Div, groet de burgemeester en burgers van Oostkamp/Moerbrugge voor hun moedige en niet aflatende steun aan de bevrijdingstroepen tijdens de oversteek van het kanaal Brugge/Gent, voor hun zorg voor de Cdn-oorlogsslachtoffers en de erkenning van de bevrijders door straten te benoemen en een monument op te richten ter ere van hen die deelnamen aan deze vasthoudende en kostbare operaties. Deze acties hebben een grote band ontwikkeld met de Canadese strijdkrachten die de SAR's voor altijd zullen koesteren. De operaties in Oostkamp/Moerbrugge werden een eerbetoon aan de strijd in de Tweede Wereldoorlog dat de SAR's met trots op hun Regimentskoloriet laten borduren.