n januari 1944 sloot Werner Krüger zich vrijwillig aan bij de Waffen-SS. Hij werd opgeleid bij een tankjager eenheid gestationeerd in Ratsenburg (Ketzyrn). Slechts 18 jaar oud kreeg korporaal Krüger een opleiding tot schutter op een Jagdpanzer IV (tankjager IV). Nadat hij zijn opleiding voltooid had, vertrokken Werner en zijn eenheid naar de Belgische stad Bergen om daar de Duitse aftocht uit Normandië te begeleiden. De geallieerde opmars verliep echter zo snel dat ook Werners eenheid zich moest terugtrekken. Werners eenheid werd op 15 september 1944 gestationeerd in Arnhem. Twee dagen later brak volkomen onverwacht Operatie Market Garden los en landden er duizenden geallieerde paratroopers rond Oosterbeek. Op 23 september viel Werners eenheid Hotel Hartenstein aan, het hoofdkwartier van de Britse gevechtstroepen in Oosterbeek. Tijdens deze aanval werd hun tank twaalf keer getroffen en moesten Werner en zijn kameraden hun voertuig verlaten. Nadat de strijd voorbij was, zag Werner de vele gewonde Britse parachutisten bij Hotel Tafelberg. Een van de zwaargewonden gaf hem zijn dagboek net voordat hij stierf. Werner werd later nog ingezet aan het oostfront, waar hij uiteindelijk door het Amerikaanse leger gevangen werd genomen. Eenmaal vrijgelaten keerde hij terug naar huis, in het Sovjetgebied. Hij moest echter vluchten toen bleek dat de geheime dienst het op hem gemunt had. Na de oorlog was Werner actief als lokale bestuurder. Hij werkte mee aan een documentaire over de laatste Duitse overlevenden van de Slag om Arnhem. Zijn oorlogservaringen zijn ook verwerkt in het boek ’Weggemoffeld’ van Ingrid Maan.